De Kerk van Bangladesh & COVID-19

De COVID-19-epidemie maakt het heel wat lokale kerkgemeenschappen erg moeilijk hun evangelische taak te volbrengen. Nochtans zijn zij vaak de hoofdrolspelers in onderwijs en gezondheidszorg. Om hen te helpen richtte paus Franciscus een noodfonds op. Verschillende kerkgemeenschappen kregen intussen al de broodnodige steun. Ook de kerkgemeenschap van Bangladesh is daarbij.

Het bisdom Barishal zet zich vanaf het begin van de pandemie in om de verspreiding van het virus in te dijken en de gevolgen van elke besmetting in te perken. Ze doet dat vooral in kleine, plaatselijke ziekenhuisjes. De inzet van dokters en medicijnen zijn onmisbaar voor de arme bevolking. De werkloosheid was er sowieso al hoog. Anderen werkten in onzekerheid met dagcontracten. Maar ook wie een stabielere vorm van inkomen had, heeft het nu moeilijk. Boeren zien hun afzetmarkt verkleinen omdat ze hun oogst niet meer mogen of kunnen transporteren. Leerkrachten en onderwijspersoneel krijgen geen loon, omdat de scholen gesloten zijn. De Kerk helpt zoveel mogelijk mensen met voedselpakketten. Vooral de inheemse bevolking heeft daar nood aan, omdat de staat hen discrimineert.

In het bisdom Rajshahi wonen vooral mensen van de Adivasis, een etnische groep. Ze zijn vaak ongeletterd en arm. Ze tellen amper mee in de samenleving. Landeigenaars zetten hen goedkoop aan het werk, maar zelfs die beperkte bron van inkomsten viel nu weg. Ook hier krijgen leerkrachten van de staat geen loon of steun tijdens de sluiting van de scholen. Hoe arm het bisdom zelf ook is, het probeert zo goed mogelijk voor al deze families te zorgen en de steun uit het COVID-19-noodfonds is daarvoor broodnodig.

In het bisdom Mymensingh sloeg het nieuwe coronavirus hard toe. Duizend mensen legden een positieve test af, maar het werkelijke aantal besmettingen ligt veel hoger. Ook hier werden mensen werkloos door de quarantainemaatregelen. Ze lijden onder honger, ziekte en wanhoop.

In het bisdom Sylhet heeft de bevolking het moeilijk om de ernst van de situatie in te schatten. De Kerk probeert hen toegankelijke informatie te bieden. Maar ook haar inzet voor onderwijs, gezondheid en armoedebestrijding gaat door, net als haar strijd voor de rechten van mensen met een beperking. Door de COVID-19-crisis is de hongersnood onder ouderen en kinderen, ook straatkinderen, drastisch toegenomen. In het bisdom Khulna stelt de Kerk hetzelfde pijnlijke scenario vast. In beide bisdommen organiseert de Kerk voedselbedelingen, want veel families hebben niemand anders om voor hen te zorgen.

In het uitgestrekte aartsbisdom Chattogram heeft de Kerk het moeilijk om mensen nabij te zijn. Er zijn te weinig priesters en pastorale verantwoordelijken. In ‘normale tijden’ kregen sommige dorpen hen al maar één keer per jaar te zien. Gelukkig zijn er wel catechisten en andere mensen die dorpen bezoeken om het geloof te voeden en te verdiepen. Zij zetten hun werk dapper verder. De steun uit het COVID-19-noodfonds zal gebruikt worden om hen te voorzien van de nodige bescherming tegen het virus (mondmaskers, handschoenen, ontsmetting …).

Ondanks de eigen moeilijkheden, heeft de Kerk van Bangladesh zelf al tweemaal bijgedragen aan het pauselijke COVID-19-noodfonds.